zondag 29 september 2013

Kitsch


Het woord kitsch verwijst naar de houding van degene die tot elke prijs zoveel mogelijk mensen wil behagen. Om te behagen dien je je te conformeren aan wat iedereen wenst te horen, in dienst te staan van de pasklare ideeën  in de taal van de schoonheid en de emotie. Hij beweegt ons tot tranen van zelfvertedering over de banaliteiten die wij denken en voelen… Op grond van de dwingende noodzaak te behagen en zo de aandacht van het grootst mogelijke publiek te trekken, is de esthetiek van de massamedia onvermijdelijk die van de kitsch en naarmate de massamedia ons gehele leven meer omsluiten en infiltreren, wordt de kitsch onze dagelijkse esthetiek en moraal. Also sprach Milan Kundera...

Kunst behaagt niet, kunst valt aan, pakt je bij de lurven, laat je kotsen tot je scheel ziet. Kunst gaat over gevilde katten, volgesmeerde muren, blote wijven die ondergezeken worden door tien kunststudenten met een borrel teveel op. Kunst is geen kitsch, kunst is geen menselijk behagen, kunst is lust en ongemak... Kunst maakt de mensheid tot slaaf van eigen begeerten, spiegelt de lelijkheid van het mensdom, gooit de ruiten in van het Vaticaan, kunst werpt stenen naar regeerders, bestuurders, kleptocraten, oliemagnaten, boerenhufters en klootzakken met een speldje vol eigenwaan. Kunst klooit helemaal niet zo maar aan, kunst is een bedacht stelsel dat ondermijnt, bombardeert en de mensheid over de klif jaagt. Kunst is een doek volgesmeerd met cement, uitwerpselen, braaksel, herseninhoud en darmweefsel. Kunst is een doek dat bloedt als een rund, dat de ingewanden van een volkomen uiteengerafelde samenleving laat zien, volgescheten muilwerken vertoond, gasten die hun piemel niet meer zien van de vettigheid of een enorme knevel om hun onbenullige stompzinnigheid te verbergen. Kunst! vriend, is Kunst dat ontvriend, vijanden maakt en vetes veroorzaakt. Kunst is oorlog! Kunst is strijd! Kunst is de dood en de het sterven en de hele mikmak!

Kunst is niet lieflijk, om de donder niet! Kunst geeft je redenen om je nooit meer te laten confronteren met je eigen ongeluk, je af te zetten tegen het establishment, godvergeten boerenhufter die je bent! Bij kunst hoef je niet na te denken, dat doet Kunst wel voor jou gemene muil! Race naar je ongeluk! Bezoek een museum!

vrijdag 27 september 2013

De wereld deugt niet

Jan en alleman luidt de noodklok, de wereld gaat ten onder aan idiote bankiers, schaliegas en een rijzende zeespiegel, om van de latente supervulkaan uitbarsting onder Yellowstone Park maar te zwijgen, Een leger aardbevingsexperts heeft er een dagtaak aan. Gelukkig duurt het nog wel een miljoen jaar of wat eer de zon ons opslokt en weer uitspuugt diep de zeehondsrugnevel in. Intussen lopen er mannetjes rond met prinsenvlaggen en brengen de Hitlergroet aan de gouden dageraad van een opkomend irrationalisme. Het volk loopt op, mort voor de coulissen, balt vuisten en scheld vermeende linkse activisten uit voor rotte vis. Pedofielen worden stad en land uitgejaagd, schepen gekaapt door totalitaire heersers, mannen het hoofd afgehakt omdat ze westers zijn, vrouwen verkracht omdat ze vrouw zijn. Een staat, gebouwd op vrijheid en ongebreidelde expansie, zet iedere gek met een Levantijns uiterlijk gevangen zonder proces omdat bij het scannen op luchthavens en grensposten is gebleken dat er een remspoor zit in hun onderbroek. Sentex!

Onheil is onweerstaanbaar! Onheil geeft onbenullige mannetjes een status. Ze lopen over straat, behangen met revolvers, handboeien, portofoons , knuppeltjes en met een air alsof elke straatsteen van hen is. Een blik, een verkeerd woord en het pistool wordt getrokken om de mafketel af te knallen om beloond te worden met een bosje bloemen en bankjes getrommel door 15 2e Kamerleden soms aangevuld door het rechtse smaldeel van een partij die nota bene van Maoïstische signatuur is. Nota bene? Zal ik u vertellen meneer, dat Mao de wereld het meest onheil heeft gebracht?

Ondertussen zien allerlei zweverige types hun kans schoon om hun wereldbeeld aan onnadenkende neurotypes te slijten. Gretige aftrek vindt het. Blaadjes van de eucalyptus, braambessen, gefrituurde tomaten, ze weren kanker, oliedorst en overschotten op bankrekeningen die toch al niks lagen te doen. De wereld deugt niet, wil niet deugen en heeft nooit gedeugd.

De wereld deugt niet, het gewriemel op de aardkorst van zichzelf reuze belangrijk voelende nazaten van rode strijdmieren veroorzaakt jeuk, golven van wel 120 meter hoog, smeltende kerncentrales, rare vissies met koelkast oren, typische onheilsprofeten die na negentig gesprekken met bankiers en kassiers denken dat een kelder vol conserven hen wel zal redden. Om het voor te zijn, maken idioten auto's die op stroom rijden, daarmee de rekening nog hoger leggend bij hun nazaten. Wordt het ultra-nationale platform van koerende types nog verder opgetuigd... Zodat het gekakel en het kabaal oorverdovend wordt, mensen met blindheid slaat, het bloed weggetrokken wordt uit strak gespannen kaken en onrustige ogen elke centimeter van de hemel afspeuren naar giftige chemtrails, bommenwerpers die fluor sproeien over aardappelakkers, zodat de aluminium hoedjes fabrikant torenhoge winsten maakt.

De wereld deugt niet en wanneer stapt de mensheid eindelijk in die opgelapte gasballons, stijgt op en vliegt eindeloos rondjes over watervlaktes, bergtoppen op zoek naar nergens? Eindelijk rust zou dat geven zeg!




zondag 22 september 2013

Dit gaat helemaal fout!

E-mailAfdrukken

Joris Luyendijk. De journalist als onheilsprofeet

'Dit gaat helemaal fout'

Joris Luyendijk voorspelt een nieuwe, nog veel ergere financiële crisis. Twee jaar werkt hij nu als antropologisch journalist voor The Guardian in The City, het financiële hart van Groot-Brittannië. “Ik word steeds pessimistischer en angstiger.”

Ruim twee jaar geleden streek journalist Joris Luyendijk met vrouw en kinderen neer in Londen. Hij ging werken voor The Guardian. De Britse krant gaf hem de opdracht een ‘Banking Blog’ te schrijven over The City, het financiële hart van Groot-Brittannië. De opdracht was om, als een antropoloog op veldwerk, van binnenuit een beeld te schetsen van die grote, geheimzinnige bancaire wereld. Een wereld die medeschuldig is aan de Amerikaanse kredietcrisis van 2008, waarvan we in Europa nog dagelijks last hebben.

In die twee jaar heeft hij uitgebreid gesproken met ruim negentig insiders: derivatenhandelaars, projectfinancierders, risicoanalisten, managers, accountants, toezichthouders , human resource-medewerkers, investeringsbankiers.
Opvallend is dat Luyendijk na zijn duik in de financiële wereld boven water komt als een ware ‘alarmist’. "Dit gaat helemaal fout", zegt hij. "De banken zijn veel te groot, de besturen weten niet wat er op de trading floors gebeurt, het kortetermijndenken regeert, het toezicht is ontoereikend en de financiële sector heeft de politiek in zijn zak."
door Jurgen Tiekstra. beeld Hollandse Hoogte.
Welke vraag dringt zich nu aan je op, maar had je twee jaar geleden nog niet?
"Of het beheersbaar is. Twee jaar geleden dacht ik nog: we hebben een bump in the road, we moeten alleen extra gas geven om daar overheen te komen. Nu denk ik steeds meer: dit is het einde van de weg, het einde van het hele economische stelsel. De afgelopen jaren er is ongelooflijk veel geld geleend. Dat geld is eigenlijk gecreëerd en hebben we uitgegeven. Daarna hebben we gezegd: de economische groei bewijst dat we dat geld best kunnen lenen. Als je naar de gestegen huizenprijzen keek, zeiden de mensen: de economie doet het heel goed, want de mensen verdienen meer. Maar wat als mensen juist meer geld verdienen door die hoge huizenprijzen? Doordat er een kunstmatige bubbel werd geblazen? Dat geld werd uit die hoge huizenprijzen gehaald via tweede hypotheken en daarna weer uitgegeven. In Groot-Brittannië is 250 miljard uit die huizen gehaald. Dat zijn waanzinnige bedragen. Dat heeft als gevolg dat als de huizenprijzen terugkeren naar het historische niveau, al die huizeneigenaren failliet raken. Dan heb je het over de hele middenklasse, de middenklasse  die de democratie draagt.”

Je voorspelt een nieuwe financiële crisis. Is die volgens jou nog te voorkomen?
“Daar zijn verschillende visies op. We zijn veel minder rijk dan we dachten. De vraag is: gaat het ons lukken om dat besef snel genoeg bij mensen te laten door dringen, zodat we de lucht uit de economie kunnen laten lopen? De vraag daarna is of het systeem dat wel kan overleven. Want als de huizenprijzen nog veertig procent dalen en daarmee terugkomen op historische niveaus, dan zijn alle banken failliet. Want als zo veel huizen minder waard zijn dan het geld dat mensen geleend hebben, gaan mensen niet meer terugbetalen en moeten de banken afboeken. Maar banken hebben heel weinig buffer. Als hun bezittingen, hun hypothekenportefeuilles, vijf procent minder waard worden, zijn ze failliet. Het meest verontrustende vind ik dat ook centrale banken zeggen: we vliegen eigenlijk blind, we hebben geen idee.”

'We vliegen blind in deze crisis, we hebben geen idee'

Waar haal je het vandaan dat ze dat zeggen?
“Dat zeggen ze letterlijk. Ze zeggen nu: ‘Luister, wij hebben onvoorstelbaar veel geld gecreëerd via quantitative easing(kwantitatieve verruiming: veel centrale banken hebben geld in nationale economieën gepompt zodat banken weer geld kunnen uitlenen en burgers meer gaan consumeren, JT). We hebben geen idee of het gaat lukken om dat geld weer uit de economie te halen.’ Dat is landen met een straaljager op een vliegdekschip in een grote storm. En je hebt dat nog nooit eerder gedaan. Ik snap heel goed dat het grootste deel van de mensen die de publieke opinie bepalen, hetzij doen of ze gek zijn, hetzij zich er niet in verdiepen.
Wat je opentrekt, is potentieel zo angstaanjagend. Een hoop mensen reageren zoals op de klimaatverandering: wie weet komt het goed, en anders zien we het wel.”

Door wat ben je vooral geschokt: door je gesprekken met insiders, of doordat je je voor het eerst echt hebt ingelezen in het financiële stelsel?

“Ik denk toch het lezen. Waar ik echt van schrok toen ik mij door een hele stapel boeken heen groef, was dat het sinds eind jaren zeventig periodieke crises zijn, die teruggaan op steeds hetzelfde punt: intrinsieke belangenconflicten binnen een bank, technologische vernieuwingen die steeds meer mogelijkheden bieden tot misbruik, en toezichthouders die overal achteraan rennen. Als je die boeken leest, gaat het over de ‘Savings and Loans Crisis’, de ‘Junk Bond Crisis’, de derivatencrisis in Mexico, het dotcomschandaal in 2000 en nu het subprime-schandaal. Telkens zeggen de banken: ‘Dit nooit weer, we hebben een oplossing voor het probleem.’ Maar de schandalen en crises worden steeds groter. Bovendien zijn ze cumulatief: het probleem van de crisis in 2008 had te maken met het dotcom-bedrog in 2000.
Ik heb net de memoires gelezen van Alistair Darling, de minister van financiën hier tijdens de crisis. Bijna achteloos staan er dingen in dat boek waarvan je naar je hoofd grijpt: zoals dat de baas van JP Morgan opbelt en hem gewoon chanteert. Hij zegt: we hebben heel veel obligaties, hoor, die ga ik verkopen als je niet dit of dat doet.
Ik denk dan: wat is er mis met al die mensen? Hoe erg moet het worden voordat ook de mainstream zegt: dit is een crisissituatie!”

Wat bedoel je met die belangenconflicten binnen banken?
“Dat zijn er een aantal. Allereerst heb je universele banken: banken waar alle activiteiten die plaatsvinden in de financiële sector onder één dak worden gebracht. Een bedrijf dat bijvoorbeeld naar de beurs gaat, huurt zo’n bank in om dat te regelen. Als je naar de beurs gaat, ga je in één keer een hele hoop aandelen verkopen. Die kun je niet zomaar op de beurs dumpen. De bank gaat dan voor jou langs bij pensioenfondsen, verzekeraars en andere investeerders. Dat betekent dat zo’n bank zoveel mogelijk geld wil voor die aandelen. Maar de bank adviseert ook het pensioenfonds dat juist zo min mogelijk wil betalen voor de aandelen. Dat is een gigántisch belangenconflict: je adviseert beide kanten. Bankiers hebben na gigantische schandalen gezegd: we hebben daar nu een Chinese muur tussen gezet. Dus die twee groepen binnen dezelfde bank praten niet meer met elkaar. Dat is, gezien de cultuur binnen die banken, die helemaal georganiseerd is rond geld - wie verdient het meest - en status, totaal ongeloofwaardig. Natuurlijk wordt daar onderling informatie uitgewisseld.
Dit zijn universele banken, die ook nog eens beursgenoteerd zijn. Als het misgaat, zijn dus de aandeelhouders het bokje, en niet de bankiers zelf - ook een enorm belangenconflict. Vervolgens zijn die banken ook nog too big to fail, waardoor wij als belastingbetalers het bokje kunnen zijn. Dat is Russische roulette met iemand anders’ hoofd. Dat is een recept voor rampen. Bovendien kunnen mensen binnen vijf minuten ontslagen worden: ze worden actief ontmoedigd om een langetermijnperspectief te stellen boven het directe belang van de bank. Als je dan weet dat een bank vaak een balans heeft die groter is dan het bruto nationaal product van het land dat de bank moet redden, dan is een bank niet meer too big to fail, maar too big to save. Stort zo’n bank echt in, dan staan de tanks binnen 36 uur in de straat. Want dan stort alles in: de bevoorrading van supermarkten stort in, want er is geen handelsfinanciering meer. Dan is er ook geen benzine meer te krijgen. Et cetera.
Op dat punt waren we vijf jaar geleden toen Lehman Brothers failliet ging. Mensen hier in Londen sloegen wapens in. Mijn collega’s bij The Guardian belden naar huis: ga naar de supermarkt en koop zoveel mogelijk blikken voedsel. We zaten er 24 uur tot 36 uur van af. En dat probleem is niet opgelost.”

'Systeemcrises moet je systematisch oplossen - radicaal, dus'

Nadat de Britse bank HBOS omviel en gered moest worden, oordeelde een overheidscommissie dat de bestuurders 'delusional' geweest waren. Je schreef toen: Dat iedereen dit maar blijft pikken! Is dat oprechte verbazing?
“Nou ja, ik zie ook niet echt wat burgers kunnen doen. Ook al trek je al je spaargeld terug - die banken functioneren niet echt op spaargeld. ‘s Avonds begeven ze zich op de interbancaire markten en handelen ze met elkaar - daar wordt het echte geld verdiend. De rente op de interbancaire markt is vaak lager dan de rente voor de hypotheken.
Mensen kunnen natuurlijk wel hun geld naar een ethische bank brengen. Daarmee los je het probleem niet op, maar je maakt het ook niet erger. Niemand weerhoudt je ook een brief te schrijven aan je politieke partij. Passiviteit is een keuze. We leven in een systeem waarin wij al die kanalen hebben. Je moet alleen niet verwachten dat je binnen een uur resultaat hebt.”

Je schreef dit jaar in een artikel dat je 'genuinely terrified' bent. Dat klinkt niet alsof je nog een neutrale journalist bent die beschrijft wat hij ziet.
“Je staat bij Tsjernobyl en je ziet dat ze die reactor weer hebben aangezet, met het oude management. Je ziet dat er niks wezenlijks is verbeterd. Is het dan genuanceerd om te zeggen: volgens het management is het veilig, dus dan zal het wel goed zitten, lezers! Ik vind de mainstream net zo gekleurd als het radicale tegengeluid. Maar die kleur is ons zo vertrouwd dat we hem niet meer herkennen als kleur. Neutraliteit werkt prachtig in een neutrale of gelijke wereld. Maar neutraliteit in een ongelijke wereld betekent dat je een verlengstuk bent van de status quo. Tot 2008 zag het hele establishment de crisis niet aankomen. Om dan te zeggen: laten we vooral bij het establishment blijven, want anders zijn we gekleurd bezig… Nee! Een systemische crisis moet je systemisch aanpakken. Je moet dan niet binnen dat systeem een positie innemen die niet radicaal is.”

De politiek is vleugellam, zeg je. Wie, in Nederland of in Groot-Brittannië, luidt de noodklok? 
“Ik hoop dat mensen bij de politieke redacties wakker worden. Maar wat ik heb gezien in Den Haag, maakt me heel somber. Ik hoop dat er journalisten komen die naar politici stappen en zeggen: Klopt het wat de critici over de financiële sector zeggen? Zitten we op een tijdbom? Zo nee, leg dan eens uit wat de critici niet zien en u wel? Maar voordat een politiek verslaggever dát vraagt… Die wil gewoon weten: Bent u nog geloofwaardig na deze uitspraak? U zei gisteren dat en vandaag dit. En wat vindt Alexander van de uitspraak van Femke naar aanleiding van de uitspraak van Geert, dat Wouter nu echt op moet houden met nare dingen zeggen over Wim.”

Kán de journalistiek wel belangrijk zijn? 

“Beschrijven wat er gebeurt, kan extreem subversief zijn. Want met die beschrijvingen expandeer je de ruimte voor debat en daarmee de ruimte voor het concipiëren van alternatieve werkelijkheden en de politieke stappen die daarbij horen. Een paar jaar geleden was de beschrijving van spanningen in gemengde wijken in Nederland genoeg om de politieke werkelijkheid helemaal te veranderen.”

Het zou je niet verbazen, schreef je in een column, als er een religie-revival komt. Bedoel je dat serieus?
“Zeker. Als mensen zich niet onderdeel wanen van een grotere gemeenschap waarbinnen ze zich voor een langere termijn beschermd weten, en ze hebben alle loyaliteit ingewisseld voor liquiditeit, dan zal dat op termijn inherent instabiel blijken te zijn. Dat is de reden dat religies zo taai zijn gebleken. Er zijn meerdere boeken van economen die de Bijbel lezen als een economisch handboek of een handboek voor toezichthouders. Het is kenmerkend hoe de heilige boeken tjokvol staan met waarschuwingen om de economie niet in te richten zoals wij dat hebben gedaan. Ze voorspellen haarfijn wat er gebeurt als je dat wel doet. Stel je voor dat JP Morgan morgen moet toegeven dat al hun IT-systemen kapot zijn. Dat betekent dat alle financiële transacties van JP Morgan weg zijn. Bij andere banken zou je die nog wel kunnen reconstrueren. Maar JP Morgan heeft een heleboel mensen die ook met elkaar handel drijven, ook al weten ze niet van elkaar dat ze bij JP Morgan zitten. Een hoop geld verlaat de bank nooit, maar gaat heen en weer tussen rekeninghouders van JP Morgan. Dat geld is dan allemaal weg. Er ontstaat paniek, de boel stort in, niemand wordt betaald. De leveranties van alle spullen houden op. Jij komt morgen buiten en denkt: wat is er aan de hand? De supermarkten zijn geplunderd, er is ordepolitie op straat, maar ook je telefoon doet het niet meer. Dan ga je heel snel nadenken: wat deel ik nog met mijn omgeving op basis waarvan ik een soort community of trust kan bouwen. Hoe kunnen we elkaar beschermen, ook al zou je, qua eigenbelang op de korte termijn, beter af zijn door elkaar te beroven en te belazeren. Ik denk dat mensen dan snel terugkomen - de gebouwen staan er nog - bij een religieus besef. Dat zie je ook bij burgeroorlogen. Religie heeft een belangrijke sociale component, geeft een structuur voor ervaring, gaat over al die dingen waarvan mensen een tijdlang dachten dat ze zonder konden. Ik denk dat religie heel goede papieren heeft als we er echt de puinhoop van maken waarnaar we op weg zijn.”

Wat gebeurt er nog meer als de economie echt instort?

“Het echte doemscenario betreft niet zozeer het instorten van de economie - dat zijn maar spullen. Het gaat vooral om het politieke systeem dat wordt geassocieerd met die economie: democratie. Als dit systeem in elkaar klapt, zal de democratie verantwoordelijk worden gehouden want: ‘Die kon dit niet tegenhouden’. Er zullen allerlei samenzweringstheorieën komen, precies zoals in Weimar. Dat is echt heel erg bedreigend. Politici moeten afstand nemen van het systeem en zeggen: we beheersen het niet meer. Je moet namen en rugnummers gaan noemen. Zodat, als de economie instort, politici nog geloofwaardig zijn.”.
Joris Luyendijk (1971) studeerde Arabische en religieuze antropologie. Hij werkte tussen 1998 en 2003 als correspondent in het Midden-Oosten voor de NOS en de Volkskrant.  In zijn succesvolle boek Het zijn net mensen (2006) deconstrueert hij de buitenlandjournalistiek. Hij presenteerde VPRO's Zomergasten, schreef een kort boek over politiek Den Haag en werkt sinds 2011 voor The Guardian, publiceert daarnaast ook in NRC Handelsbladen De Groene Amsterdammer, over de Britse en mondiale financiële wereld. Binnenkort neemt hij vrijaf om een boek te schrijven over zijn ervaringen in The City. Luyendijk is ook betrokken bij de Correspondent, de nieuwsblog die eind september online van start gaat en een initiatief is van Rob Wijnberg. Zie jorisluyendijk.nl
Overgenomen van VOLZIN.NU

maandag 16 september 2013

Filmpje

Hoofdinspecteur Piet Corneel Kabelgaren klopte op de deur van zijn directe chef commissaris Gradus Maria Brandhouth. Het norse binnen klonk hem zoals altijd als een wanklank in de oren. Brandhouth was natuurlijk geen vriendelijke chef, had nog nooit van dienend leiderschap gehoord, was direct uit de kerkers en de sjablonen van omhooggevallen apparatsjiks gesjord door de hoofdcommissaris Sien Leuterijzer gehuwd met Marion Kolfduiker en op die stoel daar vastgebonden alsof hij er nooit meer vanaf zou gaan.
Brandhouth stond bij de muur waar een reusachtige stadsplattegrond hing, vol rode cirkels, groene lijnen en wat stippen met een vlaggetje er in geprikt. Stafkaart, noemde hij dat. 'Hier zit hij,' zei Brandhouth driftig met een aanwijsstokje tikkend op een punt in de verste bovenhoek van de kaart.
'Wie is hij? Als ik zo vrij mag zijn commissaris.' Vroeg Kabelgaren met een gemaakte grimas.
'De moordenaar Van Den Diefhoecke eikel!' was Brandhouth's onheuse reactie, rechtstreeks uit de leerboekjes van de dichtsbijzijnde MBA collegebanken.
'Met uw permissie commissaris, maar is dit geen klusje voor de Elementair Gepantserde Eenheid?'
Brandhouth ontstak in razernij. 'Aan dat stelletje mafkezen overlaten zeg je!? Ben je getikt of zo? Wij gaan dit klusje klaren, of je het leuk vind of niet. Hengstenbal!' Kabelgaren wist wel van de competitiedrang van Brandhouth. En het azen op de warmgestookte stoel van Leuterijzer. Hij zuchtte diep en hoorde het aanvalsplan van zijn chef met een half oor aan.
'We omsingelen Van Den Diefhoecke, roken hem uit en snijden zijn keel af. De Staat heeft al genoeg kosten, en hij krijgt vast en zeker een pro deo advocaat, wat dat al niet kost. Ik heb de staatssecretaris hemzelve beloofd die gek uit te roeien en zijn familie erbij. Jammer dat Westerling niet meer leeft, die had wel raad geweten! Verzeker je van de juiste wapens zoals: een straalgeweer van 40 watt en de laserrichter. Traangasgranaten F6kj 2.0 en het koolzuurvernevelingsapparaat.'
'Zinloos.'
'Hè? Wat?!'
'Daar pak je Van Den Diefhoecke niet mee chef.'
'Nonsens broer! Hij heeft geen schijn van kans!'

Brandhouth keek nors voor zich uit zodra Kabelgaren de deur achter zich dicht had gedaan, zachtjes om de asbakken te ontwijken. Wat heb ik eigenlijk aan die vuilak? Dacht Brandhouth. Hij had de verhalen wel gehoord. Kabelgaren zou alleen seksueel geprikkeld raken door de lichamelijke afscheidingen van een vrouw. Vaginale witte vloed, faeces en het bloedklonterige menstruum dat maandelijks rijkelijk vloeide uit de schede van een gezonde vrouw. Het was algemeen bekend. Nog verleden jaar had De Teef de Staatssecretaris van Justitie hem hoogstpersoonlijk gedegradeerd omdat hij bij een pasbevallen agente smakelijk van haar moederkoek had zitten eten. Nota bene in het bijzijn van Grutjes en De Kale, twee collega's. Hij had het arme wicht gedreigd haar kantoorbaan af te nemen. Nu zat ze hoog en droog bij de Sociale Recherche, maar het had ook anders af kunnen lopen.
Even ritselde het gordijn achter Brandhouth. Een rode waas gleed voor zijn ogen. Onwillekeurig schokte zijn afgesneden hoofd nog als een verbaasde sprinkhaan voordat het over zijn bureau naar een verre hoek van zijn kantoor rolde.

Kabelgaren sloop met zijn manschappen door het hoge gras van de Brede Ruwaard van Puttenlaan in de richting van een talud. Even hief hij zijn hand op. 'Team Alfa Romeo naar links! Team Hyundai Whatever naar rechts! En Team Dacia Roestbak blijft hier! Vooruit allemaal!! Rechts en links uit de flank en doorstoten!!' Een lichte trilling in de aardbodem had kabelgaren moeten waarschuwen, maar de goede man had geen ervaring in junglegevechten, laat staan kroeggevechten. De grond barstte open en verzwolg de manschappen voor ze maar een stap vooruit hadden kunnen zetten. Ze verdwenen in een muil van gloeiend staal en vuur, zwaveldampen verstikten degenen die overdekt door brandwonden en vlammend vlees de dieperik in werden getrokken. Er was geen uitweg mogelijk in deze hel van gierende ontploffingen en dansende wezens met staarten als drietanden.

Minuten later die een eeuwigheid leken, hervond Kabelgaren zich steunend en kreunend. Hij lag dwars over het talud, bloed gutste uit talloze gaten en een gier dook op zijn opengerete borst. Aarzelend doopte hij een vinger in het warme bloed dat als fonteintjes uit zijn gegeselde lijf spoot en likte er aan. 'Hmmm, dat smaakt goed zeg.' Kabelgaren keek om zich heen en zag dicht bij hem de resten van een agente liggen. Even wilde hij zich bedwingen, maar met een krachteloos armgebaar joeg hij de gier van zich af en kroop amechtig hijgend naar het eens bloeiende lijf van een rondborstige agente toe. Hij begroef zijn gezicht in het opengerete vlees van de agente... smakkend en slurpend vrat hij zich een weg door het ontzielde lichaam met de gier op een afstandje die kokhalzend toe stond te kijken. Zelfs het beest werd dit tafereel te veel.

Van Den Diefhoecke keek het met geloken ogen aan, maakte een zalvende beweging, spande de haan van zijn Heckler und Koch en schoot met één enkel schot het perverse beest naar de hel....

Aftiteling...
 

Die Traumdeutung

De stilte, stilte die pijn aan je oren doet; die als een natte zware deken het leven bedekt. Geen toon, geen noot is er hier te horen. De vogeltjes hebben hun gezang gestaakt. Geen krekel laat zijn raspende getjirp horen. Waar ben ik in hemelsnaam? Niet alleen de stilte grijpt me naar de keel, ik zie ook niets. Zwart, geen nuances. Zo moet het zijn als men horende en ziende doof en blind is. Ik open mijn mond, wil het uitschreeuwen, maar ik hoor m'n eigen gegil niet. Kan ik niet meer schreeuwen, nee erger... ben ik al gestorven?

'Vertel eens iets over uw jeugd?' De stem vlak naast mijn oor overvalt me als een explosie. 'U hoeft niet te schrikken hoor, het is maar een vraag.'
Maar ik zie niks! Ik hoor niks! Bij wie hoort die stem? 'Hier is sprake van verdringing. U wilt niet graag over uw jeugd vertellen... vertel me dan iets uit uw vorige leven...'
De stem ratelt maar door. Houdt het dan nooit op?? Ik wil de vogels weer horen fluiten, de krekels horen tjirpen, niet die zware doorrookte stem... Nee! Nee!
'Goed dan... U wilt mij niets vertellen. Maar kunt u me dan wel vertellen wat u hier komt doen?'
Het zwart wordt zonder overgang fel wit. Het licht brandt in mijn ogen, tranen wellen op. Ik kan m'n ogen niet opendoen want de pijn is bij iedere poging ondraaglijk. Nu voel ik ook het koude leer van een divan. Ik kan me weer bewegen. Mijn handen hou ik zonder te willen voor m'n ogen, voorzichtig spreid ik mijn vingers en filter het schelle licht. Ik zie groene weiden, in paarse nevel gehulde bergen met herfstkleuren getooide bomen. Maar... geen vogels, geen krekels, geen mensen.
'Doet u uw handen maar weer weg hoor, ik zal de lamp even lager zetten.'
Het licht wordt nu minder fel, ik kan weer zien! Ik kan weer horen! Wat een genot! Hoe fijn het is om weer te kunnen horen en zien. De diepe zucht naast mij, rukt het laatste restje nevelig onderbewustzijn weg en nu kijk ik tegen een hoofd aan waarin de doorrookte stem in blijkt thuis te horen. Het is voor driekwart bedekt met stug zwart haar. Alleen een puntige neus, twee koolzwarte ogen en een paar bleke wangen steken uit die haarbal. 'Bob Ross?' fluister ik verbaasd.
'Ja Bob Ross, verbaast u dat? Immers u heeft me gebeld gisteren en vandaag had ik nog tijd vrij.'
Ik kijk naar zijn handen, ze zijn benig en dooraderd, zijn pak is gemaakt van een ouderwetse stof die ik niet kan thuisbrengen. Ik draai mijn hoofd verder en zie een ouderwets ingerichte salon. Ik kijk tegen een wand volledig bedekt door een boekenkast vol titelloze ruggen... Op het tafeltje naast mij staat de dwarsdoorsnede van een schedel, de thalamus goed zichtbaar. Ook de corpus callosum valt me op. Ernaast een dik, met karton gekaft, schrijfblok. Een rijtje pennen en potloden, keurig gerangschikt in lengte en dikte ernaast. Ik draai m'n gezicht de andere kant op en ik schrik me de zwarte pest... een skelet met daarop een satanisch grijnzende clownskop staat gebogen alsof hij klaarstaat om me te bespringen met in iedere hand een breed kromzwaard. De benige hand van Bob klopt me geruststellend op de schouder. De kilte doet me nog meer huiveren. Plotseling word ik bevangen door een paniekaanval... Waar ben ik? Hoe kom ik hier? Waar is de uitgang??
'Vreest u toch niet, het is maar een ding, een dood ding.' Bob klonk lang niet meer zo zalvend als op de TV. Er zat onmiskenbaar een griezelige rasp in zijn stem. Hij kijkt me met een lege blik aan. Ik hoor iets kraken, kijk verschrikt op en zie het skelet nu over me heen gebogen staan. De satanische clownskop is nu verdwenen maar in de plaats daarvan is een donkerrode holte gekomen van waaruit een gele substantie druipt. 'Alarm!! Mosterdgas!!' gil ik uit alle macht. Ross drukt me nu krachtig omlaag het is een onwaarschijnlijke kracht. Ik ben als verlamd, kan me niet bewegen.
'Blijf toch een rustig liggen mijn waerde, niets zal u gebeuren.'
Met geen macht ter wereld kan ik me bewegen, dus waarom Ross nu zo uit  z'n nek zit te lullen is mij een raadsel. Nu buigen de hoofden zich dieper over me heen, ik ruik de stinkende adem van clown Bassie en die van Ross. Adem?? Skeletten ademen niet en Ross is allang dood!! Wat zal ik nu beleven??

'Kalmeer! Kalmeert u toch!' Ruw wordt ik heen en weer geschud.
'U moet in slaap zijn gevallen. Ik was even afwezig, heeft u gedroomd?'
Ik open mijn ogen en door een raam zie ik groene weiden, het zonnetje aan de blauwe hemel en hoor het tsjirpen van een mus. 'Ja, ik zit hier hoor.' Het geknip van vingers doet mij omkijken. Ik zie een modieus geklede man, kalend, hoornen brilletje, rooddooraderde neus en herken hem half. Hij lacht naar me. 'U heeft gedroomd.' Het is een constatering, geen vraag. 'Kunt u mij de droom precies vertellen?' Ik schud mijn hoofd. Ik ga hem niet vertellen hoe de werkelijkheid er uit ziet.
'Jammer, ik had de oorzaak wellicht kunnen vinden van uw introverte immanentie. Dromen geven perfect aan hoe uw cognitieve dissonantie zich verhoud tot de seriële desensitisatie van uw hypofyse adenoom. Klinkt u dat bekend in de oren collega?'
'In het geheel niet,' breng ik hakkelend uit. De man steekt zijn hand uit en alles verdwijnt weer in de diepste duisternis. Opnieuw doet de stilte pijn aan mijn oren, blind ben ik, opnieuw die zware natte deken die me het leven bedekt.
'Vertel eens iets uit uw jeugd.' Nee! Niet weer! Waar ben ik nu beland? Weer in dat helse hol van Ross?!
'Niet? Doe uw ogen open, NU!' De stem weerkaatst tegen hoge stenen muren als in een immens vertrek.
'Heeft u nog iets toe te voegen aan het pleidooi van uw verdediging?' Ik schud mijn hoofd in opperste verwarring. 'Antwoord beklaagde!' Buldert de stem.
'Nee edelachtbare beklagenswaardige heer!' Brul ik terug.
'Mooi! U kunt gaan!'
'Verrot jij maar met je vergane rechtspraak hoerenzoon!' Ik schreeuw mijn opgekropte venijn er uit. Hij kan me wat, m'n kwelgeest. 'Sodemieter op met je bepoederde gelaat!'
Het wordt angstig stil in de hoge ruimte, daarnet was er nog geroezemoes te horen, geschuifel en gekuch... Niemand lijkt een vin te verroeren. Alles en iedereen houdt collectief de adem in. Welk een onverlaat, welk een abjecte en infame schelm durft zo tekeer te gaan tegen de oude rechter!
'Hang hem! Hang dat zwijn op!' Dat schreeuwt een boertig persoon vanaf de publieke tribune. De vent begint om zich heen te zwaaien met een stapel wetboeken. 'Hier staat het! Belediging van de rechtbank wordt bestraft met de strop!'
'Bedaar! Bedaar gek! Of u zult degene zijn die gehangen wordt tot de dood er op volgt!' De oude rechter slaat met al zijn overgebleven kracht deuken in zijn met groen vilt bedekte tafel.
'Jaah! Hang hèm op!' Roepen de mensen wijzend naar het boertig persoon. Deze kijkt verwilders om zich heen en zet zich schielijk weer neer. Zijn geblondeerde hoofd tussen de schouders getrokken.
'U moet uw mond houden! U banjert als een kreupel wandelend wetboek door mijn domein. Nog één opmerking en ik verban u naar de uitkijktoren zonder uitzicht, met een koker voor uw gezicht en de oogkleppen van een paard. En geen knieschot dit keer, dat bent u nul en generlei waard!' Nu probeert de boertige man zich nog kleiner te maken. De oude rechter, tevreden met deze reactie, wijst nu naar mij. 'Gaat heen en laat u hier niet meer zien, verwijder uw persoon, lazer op!' Een zware hand op m'n schouder duwt mij vaderlijk naar de uitgang. De ijskoude lucht slaat als een diepbevroren dweil in m'n gezicht. Happend naar adem krijg ik een laatste duw van mijn uitgeleide.
'Wordt nu eens wakker!' De stem van de man naast mij klinkt wrevelig. 'U valt telkenmale in slaap. Kunt u uw ogen niet openhouden, moet u naar bed gaan. Slapen doet u maar in eigen tijd. Mijn centen zijn niet van blik!'
'U kunt ende moge mijn kont kussen! Met wiens blik wordt uw geld geslagen? Dat van MIJ! Kom mij niet aan boord met uw zeeroverspraatjes, uw diefachtig gezwets!' De man weert mijn wiekende molenslag af en verliest daarbij zijn goudomrande hoornen bril. Ik ben des duivels. 'U maakt mij telkens weg, met uw schaapachtige gezever, U! Ik zal u....!' Weer steekt de man zijn hand uit en opnieuw overvalt me de duisternis. Nu weiger ik mijn gedachten los te laten, nee meneertje geen dromen meer.

'Wat heb je toch? Je ligt de hele nacht al te draaien. Hier word ik niet goed van hoor... als je dat maar weet!'

zaterdag 14 september 2013

Een staaltje dynamiek volgens het boekje van Cornelis Prins Haikema geeft de bezwangerde lucht van een nakende herfst een nieuwe dimensie als je het mij vraagt. Deze dynamiek heeft alles te maken met vertrouwen en biologische oorsprong. Knettergek moet je zijn om zulke zinnen te schrijven. Want wie kent Haikema? Geen mensch heeft ooit zijn edele gelaat mogen aanschouwen. Maar goed ook, want zo edel was ie nou zeker niet. Haikema geldt als een piraat, een zeerover altijd maar bezig zijn mede zeevarenden uit te schudden. Zijn schip noemde hij "De Wenkende Hoer" compleet met uitnodigend boegbeeld. Hoor je het geschal al voor de haven van Hoorn? De Wenkende Hoer is in aankomst! Waar gáát dit over?

Hoorn ziet Haikema al aan komen. Wegwezen jij infame kwajongen! Een planken wambuis is voor jou weggelegd, hangen zul je aan je eigen grootmast! Wij neuken niet, wij doen aan burgerfatsoenlijk gemeenschap hebben. Aha, daar komt de kern van het verhaal. Burgerfatsoenlijke gemeenschap, proef dat eens op uw tong... Burgerfatsoenlijke Gemeenschap. Vrouw in nachtkleed met een spleet, man met lange onderbroek zijn pisflap maar net losgeknoopt, genoeg ruimte om zijn gezwollen eikel door te laten en in de spleet van vrouwliefs nachthemd te proppen op goed geluk naar de achterliggende holte zoekende... Even tot drie tellen en hopla het burgerfatsoenlijke zaad zoekt zijn weg naar ovulerende cellen... Men wist niet beter, men weet niet beter dan zo het hoort.

Dan de artiest, de kunstenaar Haikema, die van dat schip met het rondborstige vrouwmensch. Spleet? Pisflap? Haha! Hij, Haikema, de schrijver van het onvolprezen boek Neuken doe je ZO! vertaald in dertig talen en uitgezonden bij de Bart Neukte Nooit omroep een drietal eeuwen later, en het beroemde boek, De Vleesgeworden Klop op de Deur in het Engels vertaald als: Here come's your master! Al die grijstinten vallen in het niet bij de doordrenkte pagina's van Haikema's proza. Histoire d'O is er een poeziealbum bij. Lady Chatterley bloost tot aan haar oren, Mieke Maaike schrompelt ineen en Emmanuelle ziet er ineens uit als Klazien Uut Zalk. Kende u het boek niet? Geen probleem...

Lees Trouw, Vrij Nederland, De Telegraaf, Algemeen Dagblad of de plaatselijke Amsterdamse suffertjes en u krijgt rasechte, onverbloemde pornografie toegediend, verpakt in vol grammaticale zinnen. Uw hoofd wordt volgeplempt met burgerfatsoenlijke gemeenschap, de pisflap ende de ponspleet, verhulde seksualiteit, pure pornoganda! De kwaliteitsmedia als hoer en hoerenbaas, mensenhandelaar en seksslavenhaler. Iedere ochtend in uw brievenbus: De Wenkende Hoer van Cornelis Prins Haikema.


zondag 8 september 2013

Mes Ami's



1. Sterkzinnig is opposiet aan Zwakzinnig, laat dat even vermeld worden in de zoektocht naar een aanvaardbaar etiket voor zovele intelligente identiteiten als er mensen zijn. Hoogbegaafd heeft als etiket voor mij ook zo'n professorale en enorm erudiete lading. Weliswaar ben ik natuurlijk weldegelijk een erudiete niet te verzwijgen eloquente equilibrist, maar dat beestje mag geen naam hebben... zeker niet Hoogbegaafd.

2 Hoogbegaafd zijn impliceert niet dat je bijdehand bent, een wandelend naslagwerk bent, een voortdurende bron van feitvermeldingen of gewoon een vleesgeworden blauwdruk van briljante ontwerpen die achteloos uit de mouw worden geschud. Helaas, hoogbegaafd staat gelijk aan hypergevoeligheid, een verwrongen perceptionele begaafdheid... dat weer wel. Zelfstandig denken is ook weer een kenmerk. Maar zelfstandige denkers vallen doorgaans uit de boot zonder een reddingsvest in de buurt. De enige mogelijkheid om je hoofd boven water te houden is dan blijven zwemmen tot de zelfstandige denker van uitputting sterft, veel te jong en vroegoud.

3 Wat dan? Het stempel hoogbegaafd dan maar van je voorhoofd poetsen? Wil je dat? Afgezien van de vraag dat je dit markeringspunt zomaar weg kan wassen.... eenmaal gestigmatiseerd als hoogbegaafd, hypersensitief of bipolair en schizofreen of noem maar op... Nee, dat is je kruis die je mee te dragen hebt op de weg naar Golgotha, met een beetje mazzel blijf je nog drijven op dat stuk hout ook, eenmaal overboord gevallen, gezet.

4 Geef het beestje dan een naam!

5 Hoogbegaafd? Onderschat... is dat iets?

6 Hoogbegaafd is een stoornis gerelateerd aan ADHD of ADD. Niet zo vreemd voor aan manisch depressieve en aan Gilles de la Tourette Syndroom lijdende sujetten met een anarcho-artistieke levenswijze, geparafraseerd met axiomale syndrogine antetermostatische protuberansen gestoken in kekke Poohbearlaarsjes...

7 Helaas is het ontzorgen in de gedaante van een vleeschgeworden Blotekontenkabinet met hier en daar een blond haartje tussen de onfrisgeworden okselplooien er een van langdurige orde. Dus alle gediagnosticeerde kommer en kwelkandidaten, mogen zich voortaan genezen noemen. Hulde aan Vuig en Ruig II die per direct zalig dienen te worden verklaard. Het wonder is immers geschiedt en direct waarneembaar.

8 Het ontbreekt nog aan een adequate regeling om uiterlijke kenmerken en zo, vooral waar het gaat om mensen met een Down syndroom, uit het straatbeeld te verwijderen, maar vooral Vuig heeft daar zo zijn ideeën over. Laat dat maar aan hem over. Voor één wondertje heeft hij zijn hand niet omgedraaid, laat staan dat hij zich door grotere daden belemmert voelt.

9 Een nieuw woord, nieuwe term, nieuwe lente? Hoogbegaafd wordt dan:

10 Slachtoffer van overspannen verwachtingen...

11 Flagellatieve onderschatting, geestelijke zelfbevrediging middels onoplosbare puzzles... Vandaar dat het heelal een niet te onderschatten fellationele seripendititeit is. Een behoorlijke samentrekking van spiercontracties en vacuumachtige bestanddelen in een kleine ruimte bijeengepakt. Oneindig dat weer wel.

12 Fysionomisch bekeken is deze spirale intrazeugmatische interpunctie gewoon baarlijke nonsens. Grammaticaal een onderhandse uitruil van kulelementen.

13 Laat u dan ook maar.

14 Heel het HoogBegaafdzijn is weldaad en geestelijke gesel alsmede flagellantie in contradictio.

15 Slachtoffer van overspannen verwachtingen vanwege de lange doorzit voor een boekenkast in de rijk gevulde bibliotheek van de Erasmus Universiteit. Ik zag hem die ochtend, roodbeaderde wangen en lichtdoorschijnende handen, sufgekletst door een student retorica, afgemat door een bibliothecaresse met de Kama Sutra als bijbel voor standvastigheden. Hij zat niet meer, maar hing in de touwen, lag in een driedubbele nelsonsiaanse knoop, met 1 been in de goot en het andere been ergens in Nowherië. Diep onder hem de getemde geestdrift. De alom vermoeide en doorgebladerde woordenschat van lieden die er hun levenstaak en genot van hebben gemaakt om woorden aaneen te rijgen als kralen voor de zwartjes in Afrika die daar wel raad mee wisten. Eilas, tant pis... kommer en kwel, leger en niets, lager en dieper... de lucht ontbreekt, de grijze massa wordt geel en geler en vergeelt de gele horizon om in het geel van een geelgelokte origigeel gelardeerde karbonade verpakt in een gele onderbroek de deur zonder te openen achter zich te sluiten.

16 Boekhouders en kunstenaars geven elkaar de doorslag. Een boekhouder is wars van aannames, axioma's en overspannen paradigma's, laat staan van gefantaseerde epidermis, protastoninen, futiliteiten en Spanjaarden. Overspannen reacties verwacht je niet van boekhouders, of de Stelling van Fermat moet ineens door een jochie van amper 6 jaar worden ondergraven en van nieuwe existenties worden voorzien.

17 Helaas is een boekhouder doorgaans zwakbegaafd in andere zaken als de hoogbegaafde zwakbegaafd zou kunnen zijn. Het een heft ander echter niet op.
Een hoogbegaafde HB-Boekhouder kan bestaan uit meerdere hersenhelften dan twee. Een gespleten persoonlijkheid pur sang volgens het DSM V boekje.

18 Hoe noem je dan zo'n HB-Ber?

19 HabBareBoekenworm?

20 Waarom boekhouder?!

21 Zojuist kon ik in het eggie met zo'n fenomeen in gesprek geraakt zijn als ik niet meteen zijn serotonen had gelezen in een felle flitsende synapse. Mijn aanname van een uiterst winstgevende zaak, werd door de boekhouder bij gebrek aan fantasmahormonen in aanvang al in het ridicule getrokken.

22 Derhalve kon er van een vruchtbare dialoog als snel geen sprake zijn, was mijn voorgevoelde rapportering van het vooronderzoek ten conclusie getrokken.

23 Deze ontzaglijke deceptionele gebeurtenis, deed mij verlangen naar de tijden van Stemerdink. Kon ik deze uilenbal van een minister eindelijk vanaf zijn katheder bestraffend toespreken. Hoe haal je het in je hersens om een goed schoolsysteem om te willen vormen naar een onwerkbaar en dra vastlopende situatie met de oerdomme naam Mammoetwet???!!

24 Dagelijks, nee met het uur, kom ik lieden tegen die goed historisch onderwijs ontberen, een economische paragraaf tijdens de rekenlessen hebben gemist en in hun visuele motoriek danig tekortschieten... Allemaal boekhoudertjes die maandelijks hun emolumenten zitten te tellen vanwege koophuis en bijtelling. Maar geen greintje, dan ook geen syllabe notie hebben van wat de menselijke geest zo uniek maakt (tot het tegendeel zich aandient als afgezant van Mars, Pluto of weet ik veel waarvandaan!).

25 De burger die zich flink maakt ten opzichte van de kunstenaar, in zijn ogen een vrijgehouden fantast, ontbeert nu eenmaal de voornoemde providenties in de zin van voorzieningen om begrip te krijgen voor zaken die doorgaans boven de pet van Jan rijzen.