vrijdag 26 juli 2013

Een zwoele zomeravond in de Mossel

Is er een vechtpartij geweest en een verdachte aangehouden die vol bloed door de straat liep te schreeuwen dat hij ze wel zou krijgen. Wie dan? Nou daar kom je wel achter! Vijf agenten met kogelvrijvest en tot de tanden gewapend werpen zich op de verdachte. Uit het kluwen staat een van de agenten walgend op. D'r zit bloed aan mijn vingers! Schreeuwt ie. Gadverdamme! Iemand begint het tafereel te filmen met z'n Iphone. De agent die schuimend zijn vingers staat af te vegen, ziet het gebeuren en rent op de Tarantino af. Hé jij daar! Op hetzelfde moment komt er nog een busje aanscheuren met loeiende sirenes. Het knalt bijkans op de geparkeerde auto van Nelis de buurman. Die gaat compleet uit zijn dak. Hij wil de bestuurster pakken, een forse agente die bijna uit haar uniform knapt. De ziektes storten zich in analogische volgorde over het hoofd van de geblondeerde klabakske uit. De verongelukt gefilmde agent richt zijn aandacht nu op Nelis en zijn collega. Hij grijpt Nelis met een arm om zijn nek en probeert hem op de grond te werken. Verderop wordt er een met zijn hoofd tegen een muur gezet en wijdbeens geschopt door een tengere agente. De dikke klabakske gaat op de benen van Nelis zitten en waarachtig, er komt nog meer versterking. Een hondenwagen en daarachter weer een pickup van de brandweer. De straat staat helemaal vol van staatswege in gebruik zijnde blik. Samen met de overbuurman proberen we de hele situatie eens voortijdig te evalueren. Niets aan de hand heren, een aanhouding wegens openbare ordeverstoring. Het gaat om twee Polen, bezopen als een kolenkachel die een beetje met elkaar lagen te rollen. O is dat alles? Vraagt m'n overbuurman. Zijn er wapens in het spel of zo? Hoe dat, mijnheer? Nou ik tel vijf politiebusjes, 8 agenten met kogelvrijvest, de brandweer en nu zie ik ook al een auto met vier man in gele hesjes. En daar bleef het niet bij. Achter me stopte een grijze Mercedes en daar kwam de burgemeester uit. Om de zaak te coördineren, zei deze. Als het goed is, komt Ivo Opstelten toch nog even? Vraag ik beleefd. Die is al gebeld ja, dit vraagt om noodmaatregelen. De overbuurman en ik kijken elkaar aan en we horen tegelijkertijd een helicopter. Die land op het pleintje met oordverdovend lawaai. Zeg, mijn kinderen slapen nu eindelijk met die hitte, vinden jullie dit normaal? Begint de overbuurman te briesen. Maar hij houd abrupt op als we de koning uit de chopper zien stappen... Hijgend komt hij met z'n generaalspet op z'n hoofd gedrukt aanrennen. Hoe staan de zaken? Roept hij. Bijna onder controle majesteit, zegt de burgemeester nederig. Waar is Oppie?! Het klinkt kwaad. Die is onderweg majesteit... O kijk, daar is hij al. Een stoet van vier zwarte SUV's rolt de straat in. Uit de middelste rolt het Pratend Pak met de vele Uhhh's en waarachtig de voorste herbergt een blondje, die wordt omringd door 5 lijfwachten. Ze komen bij de koning, Opstelten, de burgemeester en een pokdalige vent in pak staan die zich even tevoren had voorgesteld als de terreurcoördinator. Ik mis iemand, zeg ik. Wie dan? Nou de premier, en nou je het zegt, de fractieleiders van de PvdA in de eerste en tweede kamer, de kamervoorzitters, de onderkoning, de voormalige koningin, de voorzitter van de Eurocommissarissen en wellicht kan de bestuursvoorzitter van Unilever er ook maar beter even bij komen staan. Niet zo bijdehand hè... zegt de burgemeester. Anders wordt jij nooit wethouder.

Acht agenten komen nu aangelopen met vier arrestanten. Nelis, de twee Polen en de filmer. De Polen druipen van het bloed, het komt uit hun neus, oren, ellebogen en een van hen heeft een diepe wond in zijn schouder. Nelis loopt mank vanwege de ponyplettende klabakske en de filmer kan niet meer praten, want heeft een Iphone achterin zijn keel zitten. Het hoogste gezag, keert zich even naar elkaar toe. Wat zullen we doen? Vraagt de koning. Standrecht, nekschot of even in de hondenwagen zetten met Brutus hier? Goed idee, zegt Opstelten en hij duwt Nelis samen met Brutus de hondenwagen in. Ik heb vijf sterke kerels hier, die zich af en toe doodvervelen, mag ik? Hoor ik de blonde zeggen. Ja hoor dat is goed, zegt Opstelten. De filmer wordt meegenomen naar het bos aan de overkant. Niemand heeft hem ooit meer gezien daarna. Wel blijft het knallen van de schoten me nog dagenlang bij, wa'k je brom. Tja, die Polen, wat daarmee aangevangen...? Die werden naar huis gestuurd. Eentje zag ik later zonder benen op een skatebord rijden, op z'n rug een tasje vol straatkranten die hij probeert te slijten op het winkelcentrumpje bij ons op de hoek. De ander werkt nu als buurtbeveiliger en slingert iedereen op de bon die het waagt om een vuilnisbak te vroeg buiten te zetten.

Het wordt een mooie avond en een nog mooiere nacht. Ik ga weer naar binnen en hoor het selecte groepje schaterend en elkaar goeienacht wensend weer vertrekken.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten